Incididunt nisi non nisi incididunt velit cillum magna commodo proident officia enim.
Hier is Socrates in gesprek met een opkomende Sofist, Hippias genaamd. Het gesprek gaat over de vraag wie de beste held is in de klassieke werken van Homeros: Achilles of Odysseus, en in welk opzicht dan wel het beste. Hippias wordt via de ondervraging van Socrates gedwongen te 'accepteren' dat iemand die willens en wetens onrecht doet een beter mens is dan iemand die dat per ongeluk en ongewild doet. Uiteraard is dat een absurde conclusie waarmee beiden het inhoudelijk niet eens zijn. Toch voerde de opgezette redenering tot die conclusie.
[Ik vermoed dat Socrates op die manier wil laten zien dat de spraakvaardigheid en redeneerkunsten van de Sofisten gemakkelijk misbruikt kunnen worden om wat dan ook te bewijzen en dat dat de les is die hij Hippias hier wil meegeven. Hij geeft hem als het ware een koekje van eigen deeg.]